Auteur: Blauw

Moet de media inderdaad zo snel mogelijk weg van big tech?

Het is komkommertijd, en in plaats van het lezen van het ‘hitte-liveblog’ kwam ik dit enigzins warrige betoog tegen in de Volkskrant van Mathilde Sanders die als onderzoeker aan de Universiteit van Utrecht is verbonden.

In dit opiniestuk haalt ze een aantal dingen door elkaar waarvan het me fijn lijkt om deze toch uit elkaar te laten. Want het zijn – zoals ze zelf ook al aanhaalt – wel hele belangrijke zaken.

Laten we starten met de titel, de premisse: journalisten en wetenschappers moeten hun werk als de donder bij big tech weghalen.

Er is nogal iets af te dingen om deze titel, want ‘weghalen’ betekent in mijn optiek dat je alle content verwijderd die je daar ooit geplaatst hebt. Dat kan, maar deze data is natuurlijk al verloren gegaan. Het is denk ik wat slimmer om te zeggen: ,,stoppen met het voeden van..”

Verder stelt het stuk dat technologie nooit politiek neutraal is. Dit is op zich voer voor een heel nieuw opiniestuk, maar ze houdt het in dit stuk bij de opmerking dat Trump decreten heeft getekent tegen ‘woke’ AI modellen. Gevoelsmatig past dit nog niet helemaal in het betoog.

Vervolgens wordt het allemaal meteen wat curieuzer – of warriger, zo je wilt – want het gaat verder met:

Ondertussen proberen Europese mediabedrijven, die ouderwetse journalistiek financieren, zich te weren tegen de Amerikaanse big tech door te consolideren, zoals de recente overname van RTL door DPG Media opnieuw illustreerde. De keuze tussen enerzijds de bescherming van de pluriformiteit, en anderzijds minder afhankelijkheid van Amerikaanse big tech, lijkt een lastige. Toch hoeft dit niet zo te zijn.

Volgens mij bestaat er niet zoiets als ‘ouderwetse journalistiek’. Journalistiek is journalistiek, ongeacht het medium waarop dit verschijnt.

Over consolidatie in de Nederlandse nieuwsmedia is al vrij veel geschreven, ik denk dat John Oliveira hier een zeer interessant stuk over schreef op zijn platform OneWorld.

Ik geloof niet dat er bij DPG of Mediahuis erg veel mensen zijn die daadwerkelijk geloven met Google te kunnen wedijveren door het doen van overnames. Daarvoor is ons advertentiemodel in de Nederlandse nieuwsmedialandschap helaas al veel te veel opgeslokt door Google. Dit is overigens geen fenomeen dat gisteren is ontstaan, toen ik 17 jaar geleden begon bij Ilsemedia (ja die van de zoekmachine) was Google ook al de defacto grootste mediapartij. Heel lang vond niemand dat al de problematisch want de markt groeide en groeide, en zelfs met een (paar) procent marktaandeel kon je altijd nog prima geld verdienen, getuige de ski-reis die we met 150 man personeel maakten dat jaar.

Laten we vanwege de lengte van dit stuk ons focussen op de rode draad in het artikel, want dat stelt dus dat pluniformiteit de journalistiek niet gaat waarborgen maar de techniek dus wel.

Log dus als journalistiek medium niet meer in bij Google of Meta, maar kies voor open source software, voor een decentraal softwareprotocol (zoals ActivityPub of Matrix) en voor eigen servers om data op te slaan. Dat is hoe het werkt in het zogenaamde Fediverse, een ecosysteem als alternatief voor big tech.

Hier gaat Mathilde een nogal curieuze weg in die ik graag wil debunken. Arne van der Wal, één van de oprichters zei me ooit: ,,Follow the Money is geen technologieplatform, we zijn een journalistiek platform.” De keuzes die uitgevers maken om al dat niet aanwezig te zijn op bepaalde platformen is niet gedreven door de technologie die deze platformen gebruiken maar louter op de eyeballs: zit er daadwerkelijk bereik op deze platform die geinteresseerd is in de journalistieke missie en inhoud van het platform.

Ik vond Bluesky bij de introductie een heel interessante concurent van Twitter/X dat in die tijd (een jaar geleden) enorm verruwde. Bovendien is Bluesky gebouwd op de principes van de fediverse heeft de afgelopen maanden. Helaas heeft het platform de afgelopen maanden ook nauwelijks groei doorgemaakt in het aantal nieuwe gebruikers en lijkt nu vooral nog op een echokamer van mensen die het roerend eens zijn met elkaar. Natuurlijk kun je daar een eigen ‘dataserver’ starten en interactie proberen te faciliteren, maar waarom niet aanhaken op plekken waar al veel bezoekers zijn? Zoals LinkedIN? Slimme journalisten die daar aan de slag zijn gegaan met hun opinie-stukken zoals Ties Joosten, (13.000 lezers op zijn klimaatnieuwsbrief), Joris Heijn met zijn 4.000 lezers over de Nederlandse economie of Jan Hen Strop (ook 4.000 lezers voor zijn nieuwsbrief over de rechtstaat). Zitten er nadelen aan deze opzet? Ja tuurlijk: je publiceert op ‘earned media’. Op ieder moment in tijd kan (en zal) LinkedIN beseffen dat dit gratis bereik ook kan worden ‘gemonetized’. Dat is een lelijk woord voor: het kan worden misbruikt om er geld mee te verdienen. Deze truc is onder big tech al zo oud als de weg naar Rome: je laat publiek bereik opbouwen, en vervolgens knijp je dat bereik langzaam dicht.

Is het daarom beter om op je eigen platform te publiceren? Ja, want je hebt alle controle. Nee, want je hebt veel minder bereik.

Het opiniestuk maakt vervolgens een uitstapje naar wetenschappelijke uitgevers zoals Wolters Kluwer en dat zij bezig zijn met het ontwikkelen van AI systemen. Hier zijn overigens ook genoeg startups mee bezig zoals in Nederland Legalmike en meer US gebaseerde Harvey. Ik zou Wolters Kluwer niet direct willen scharen onder big tech, maar je zou wel kunnen betogen dat deze uitgevers wetenschappelijke publicaties gratis ontvangen (en toch ook onderdeel horen te zijn van publiek domein) en deze toegankelijk maken via dure abonnementen waarvan de advocatuur zich min of meer gedwongen voelt om deze af te nemen.

We dwalen weer af.

Traditionele media verspreiden nog steeds veel content via big tech platformen. DPG Media, Mediahuis Nederland en Mediahuis NRC hebben recent een deal gesloten met Google Nieuws Showcase.Ook de interactie met het online publiek loopt ook nog steeds via big techkanalen. Wie geen eigen socialemediaplatform heeft, heeft zelf de regie niet – want big tech zit er altijd tussen.

Nu is het niet meer ouderwets, maar is het ineens traditioneel.

Je kunt vinden wat je vindt over een deal met Google Nieuws: het is een feit dat ze nog steeds verantwoordelijk zijn voor een flink percentage van verkeer. Aanwezigheid in Google nieuws zorgt voor kliks. Die kliks zorgen uiteindelijk voor conversie naar abonnementen.

Het klopt overigens als een bus dat je geen regie hebt over je ‘earned media’, dus de aanwezigheid op de platformen van big tech. Ik denk dat er in medialand ook veel bewustzijn bij is. Dit bewustzijn is vermoedelijk een stuk lager onder bijvoorbeeld influencers die er voetstonds vanuit gaan dat platformen als TikTok of Instagram niet ineens verdwijnen, daarbij hun volgers, accounts en beelden meenemend.

Hoog tijd voor kennisinstellingen en journalistieke media om deze cirkel te doorbreken; ze moeten zelf de vruchten van hun eigen kennis en content plukken, om zichzelf niet overbodig te maken. Ze moeten hun eigen content, en de communicatie met hun eigen publiek, als de donder naar alternatieve netwerken halen en op hun eigen servers zetten, zodat ze zelf de regie kunnen voeren over hun intellectuele eigendom, de moderatie daarvan en aanbevelingen van content.

Dit is in principe best een goed idee, maar nogmaals; uitgevers kiezen niet op basis van principes, maar op basis van de manier waarop ze geld kunnen verdienen. Dus waar daar waar publiek is. Overigens is ‘op eigen servers zetten’ absoluut geen garantie dat je daarmee volledig ‘in control’ bent. Een partij als OpenAI kan nog steeds met crawlers je website leeghalen en trainen. Dat is geen theoretisch scenario meer maar iets waar je je actief voor moet wapenen.

Veel van het restant van het betoog kan eigenlijk worden samengevat met: ,,omdat het bereik / publiek daar is”.

Waarom zouden regionale omroepen bijvoorbeeld überhaupt een mondiaal platform als X, Facebook of Instagram gebruiken? Het slaat toch eigenlijk nergens op dat een lokale bakker of kapper een mondiaal netwerk nodig heeft om bewoners in de buurt te bereiken? 

en:

Waarom zouden lokale bakkers en kappers de hoge commissie moeten betalen voor advertenties die de grote platformen vragen? Waarom één organisatie het hele netwerk bezitten, dat maar één serversysteem, één centrale login, en één moderatiebeleid heeft voor de hele wereld?

Moderatiebeleid voor de hele wereld klinkt denk ik een beetje minority report achtig. Het is big tech niet te doen om mensen te modereren, het is de platformen te doen om zoveel mogelijk tijd te kapen.

We moeten uitkijken om de Fediverse niet te gaan zien als utopische realiteit waarin alles van iedereen is, en er niemand meer ‘de baas’ is. Ook het opzetten, onderhouden en uitbouwen van deze netwerken kost tijd en geld. Geld dat de mediawereld goed kan gebruiken om te focussen op betere journalistiek dan het ‘hitteliveblog’.

Nu taalmodellen de wereld in rap tempo veroveren is het tijd om onze relatie met de medemens nog scherper te krijgen

Ik had ooit een bijbaan waar ik moest werken met een chagerijnige programmeur aan wie iedereen eigenlijk een hekel had. Laten we hem Marcel noemen.

Marcel had zichzelf belangrijk gemaakt in het bedrijf, want hij was 1 van de 2 programmeurs, en als enige in staat om alle technische dingen te doen. En we hadden vaak techniek nodig.

Als gevolg hiervan stapelde het werk zich op, wat Marcel een genoegzame en arrogante houding gaf: hij was echt belangrijk. En als gevolg daarvan dacht ie dat ie mensen ook belachelijk kon maken als ze met verzoekjes naar hem kwamen. Kortom: geen leuk iemand.

Sinds de introductie van Large language models in 2023 alweer zijn we op een hele andere manier gaan kijken naar werk. Waar er eerst magie was is er nu misschien ook wel angst. Want bijvoorbeeld ChatGPT kan een groot deel van de kantoortuin wegvagen. Programmeurs, marketeers, tekstschrijvers, product owners, data analysten, administratief medewerkers. LLM’s doen het allemaal zonder zweetdruppels, en tot duizenden keren sneller dan normale mensen.

We kunnen hier terecht angst voor hebben, want gehaaide werknemers zullen alles in het werk stellen om deze automatisering mogelijk te maken. Met als gevolg: werkloosheid.

Ik pleit eigenlijk voor iets anders. Namelijk een herdefiniering van onze relaties. Bij iedere (zakelijke) relatie kun je je nu af gaan vragen: wil ik nog steeds met deze persoon werken? De tekstschrijver die vorig jaar een geniaal idee had voor de kerst-campagne, moet je die zomaar opzij schuiven voor wat tekstjes van ChatGPT? Marcel, de onuitstaanbare programmeur, moet je hem houden? Of ben je veel beter af met een ‘ai agent’ die Marcel komt vervangen? Moet ik nog een dure consultant inhuren als ChatGPT mijn bedrijf in een paar minuutjes samen met mij kan doorlichten door naar al m’n sheets en inzichten te kijken? Of is het juist heel prettig om eens een paar middagen op een terras te zitten met iemand die écht met je meedenkt, en even snel als jij nieuwe inzichten opdoet?

Ja, dat kost geld en ja dat gaat veel langzamer. Maar het biedt je ook de kans om als mens te groeien. Niet alleen om van een random taalmodel genoegzaam bevestiging te krijgen hoe goed en slim je bent.

Google doet hier thuis alleen nog het licht uit

Ik weet nog dat ik Google ontdekte. Het web was nog een beetje een rommeltje, en ik zocht tot dan toe met een zoekmachine genaamd Altavista. Google, dat vooral een hele witte en simpele pagina was kon van alles vinden. Dingen vinden die Altavista nooit zou kunnen vinden. Het tweede ‘wow’ momentje was jaren later bij de introductie van GMail waar je op een wachtlijst kon komen voor een e-mailbox van wel 1.000 MB. Ter vergelijking: Hotmail boodt toen 5 MB aan.

Sindsdien zijn de hoeveelheden ‘wow’ momentjes niet zo groot meer geweest. Tuurlijk had je YouTube, Google Maps, Android en een hele berg andere zooi.

Maar die onverslaanbare zoekmachine werd een rommeltje. Hele zoekresultaten werden bijna zinloos door de enorme berg advertenties en SEO geschreven blogs.

Op sommige termen kon je er vanuit gaan dat je werd opgelicht. Slimme marketeers kochten Google advertenties in en verkochten leads aan schimmige ‘loodgieters’ en ‘sleutelmakers’ die wel snel kwamen bij een lek, of een dichte deur, maar je ook presenteerden met enorme rekeningen.

Google wordt nu afgestraft door partijen als ChatGPT die ook vrolijk op het web kunnen zoeken (en vinden) en deze ontwikkeling gaat zich alleen maar verder doorzetten.

Ondertussen doet de Google Home alleen nog dienst om onze home-automation aan te sturen: door Ok google te zeggen kun je m vragen de lampen in een kamer aan- danwel uit te zetten. De echt inhoudelijke vragen? Die lost ChatGPT wel op.

De tussenstand: tien dagen zonder social media

Alhoewel het misschien nog een beetje te vroeg is voor een tussenstand (de maand is nog niet voorbij) schrijf ik alvast. Ik acht de kans dat ik na mei alle verslavende apps weer terug op mn telefoon plaats niet zo groot.

Je mist best dingen. Een oude opdrachtgever had een promotie tot CEO. Een vriendin gaf een toffe workshop. Iemand stond op een podium met een cabaretvoorstelling.

Allemaal dingen die ik leerde via e-mails van deze sociale netwerken. Waar ik bleef. Dat het zo leuk was op afwisselend LinkedIN en Instagram.

Het boeide me allemaal bijzonder weinig.

Het enige dat ik echt een beetje mis is Reddit, een platform waar je uren op kunt lezen over geheel zinloze zaken.

De rest blijkt vooral zoiets als McDonalds: vooraf lijkt zo’n Big Tasty best aantrekkelijk maar als je m op hebt weet je ook direct dat het allemaal tegen viel.

Mei social vrij

Ik zag ergens de website mei social vrij, waarin werd opgeroepen om eens een maandje zonder social media te doen.

Dat leek me leuk.

Op 1 mei verwijderde ik alle apps van m’n telefoon: instagram en LinkedIN. Tiktok had ik al veel eerder gebanned uit m’n leven. De Facebook app had ik al niet, maar ik heb in NextDNS ook Facebook geblokkeerd. Ook Reddit moest er aan geloven.

Het effect hiervan was.. *tromgeroffel*

niet zo spectaculair. Ja, ik keek iets minder op m’n smartphone. En ja, ook ’s avonds verveeld langs allerlei zinloze insta-stories (of die van YouTube) bladeren was voorbij.

Ik ging m’n inbox opruimen, en nieuwsbrieven waar ik al heel lang geen tijd voor had lezen (of me uitschrijven). Ik las een boek van Ernst Jan Pfauth over dagelijkse rituelen (best goed!).

Verder bleef het leven eigenlijk min of meer onveranderd. Maar niet perse op een slechte manier.

Kevin in de zandbak

Op de één of andere manier ben ik op met name Instagram verzand (sic) in een fuik aan Kevins die spelen dat hun business heel lekker gaat.

Het scenario is als volgt: ze worden “geïnterviewd” door iemand die een enorme sturende vraag stelt: ,,hoe kan het dat je om 15 uur al kunt chillen?” Waarop de Kevin in kwestie een verhaal begint over vroeg opstaan, ijsbaden, doorzetten en ’s avonds nog even wat dealtjes maken.

De verscheidenheid van deze Kevins (denk tweedejaars HBO commerciële economie) die ik inmiddels ergens in Dubai heb gezien zijn talrijk.

Dat is een treurige conclusie want het betekent klaarblijkelijk dat dit ook daadwerkelijk een verdienmodel is. Al deze Kevins hebben namelijk een grindset course van een paar duizend euro’s waarin ze jou vertellen dat jij ook in een zielloos appartementje in Dubai kunt eindigen.

Ik snap zelf nog niet goed hoe mensen hier ooit in trappen, maar klaarblijkelijk gebeurt dit nog steeds teveel zodat deze mennekes ongestoord hun gang kunnen gaan in hun fantasieleven.

Tegelijkertijd vraag ik me af: waar is de familie van dit soort jongeren? En wat weten zij hier van? Geloven ze daadwerkelijk dat Jurre of Timo het helemaal heeft gemaakt als ie rondrijd in z’n gehuurde sportwagen?

En ook voor deze Kevins, als ze dan genoeg materiaal hebben gefilmd en weer terugkeren naar hun ouders in Sint Michielsgestel, wat voor verhaal hebben ze dan? Ze hadden een succesvolle business, maar nu niet meer? Er waren tegenslagen?

Of vertellen ze het eerlijke verhaal: ik probeerde een beeld te verkopen aan mensen die net zo wanhopig zijn als ik, en dat is niet gelukt?

Review: Gladiator 2

Je kunt geen review schrijven over een film met een cijfer-aanduiding erin zonder toch even te praten over het eerste deel, ofwel het origineel.

Ik neem je mee naar het jaar 2000. Ik was 17 jaar en met wat vrienden naar de bios. We hadden plannen om naar een andere film te gaan, maar iemand had zich vergist in de tijd, vandaar dat de film al 20 minuten bezig was.

Toen kozen we als alternatief Gladiator. Die zou ruim 30 minuten later starten.

Lang verhaal kort: die film overdonderde. Op een manier dat je weet dat je naar een epische film hebt gekeken. Het nam me terug naar de vorige epische film die ik in de bios zat. Jurrasic Parc tijdens een kinderfeestje. Niet echt een geschikte film voor een tien-jarige maar misschien daarom ook wel zo indrukwekkend.

De verhaallijn van de eerste is alom bekend: Russel Crowe is Maximus en trouw aan Marcus Aurelius. Die wordt door zijn zoon (Joaquin Phoenix) vermoord. Maximus ontsnapt en eindigt als slaaf. Daar wordt zijn motivatie om wraak te nemen op Phoenix.

Alle zaken die de film zo goed maken ontbreken feitelijk in de nieuwste editie. Opvallend genoeg is de regiseur hetzelfde, maar is de spoeling aan acteurs waar hij mee moet werken een stuk dunner. Russell Crowe schittert in de eerste film als trouwe, gepijnigde en wraakvolle hoofdpersoon maar ook Joaquin Phoenix heeft een uitstekende dreiging als geschifte en onbegrepen keizer Commodus.

In de tweede film is gekozen voor Paul Mescal, en eigenlijk blijkt al in de opening dat dat niet zo’n handige keuze was. Er zitten een paar oppervlakkige scenes in die duidelijk moeten maken dat deze vrouw z’n grote liefde is. Zonder al te veel verdere context sneuvelt zij vervolgens in een zee-slag en Paul Mescal – tenminste zo zal het in het script hebben gestaan – is daar erg van ontdaan. Dat blijkt echter niet zo duidelijk vanwege z’n gebrekkige acteerprestaties.

Peter Mensah, die ooit schitterde in de cult-serie Spartacus als gevreesde lanista heeft ook nog een rolletje en doet dat overtuigend. Zijn rol is echter uitgespeeld als ze samen gevangengenomen worden en tegen overduidelijke AI gegenereerde wilde dieren moeten vechten in de arena. In de nabespreking blijkt dat dit apen moesten voorstellen.

Hier zien we voor het eerst de ster van de tweede film: Denzel Washington die gek genoeg altijd de films waar hij in zit enorm overstijgt. Hier is ie in de rol van de rijke koopman Marcrinus die als hobby gladiatoren heeft. Zonder al te veel uitleg wordt Mescal meegesleept naar Rome om daar in het Colloseum te vechten.

De film is verder niet de moeite waard om uit de doeken te doen. Er zijn nog meer slecht ontwikkelde karakters en er zijn zelfs scenes uit de eerste film gemonteerd om de film wat meer context en lading te geven, maar dat is zeker voor de kijkers van het origineel helemaal niet nodig.

Je hoopt op een waardige opvolger van een epische film, maar die verwachtingen maakt Ridley Scott niet waar. Eigenlijk doet ie een beetje wat er ook al gebeurde tijdens z’n vorige project Napolean: een vrij lange film in elkaar zetten waar niets of niemand ook maar enige diepgang ontwikkeld.

Rabbit r1 – the good, bad & ugly

Nadat ik ergens in januari op Twitter de aankondiging zag van de Rabbit r1, aangekondigd als slimme AI companion bestelde ik er zonder al te lang na te denken twee. Eentje voor mezelf, en eentje voor de kinderen. Inmiddels heb ik m ontvangen en deze gadget vraagt om een korte bespreking.

The Good

De reden dat ik m zonder al te veel nadenken kocht waren eigenlijk drie dingen;

  • Voor mijn gevoel kan een klein slim device dat altijd met je mee op pad zijn een goed alternatief vormen voor je smartphone inclusief verslavende apps
  • Het design van Teenage Engineering zag er gewoon geweldig uit (en is dat in de praktijk eigenlijk ook)
  • De prijs: voor minder dan €200,- ben je klaar
  • Het feit dat het een nieuw bedrijf lukt om werkende hardware in zo’n relatief korte tijd te ‘shippen’. We kennen allemaal nog wel verhalen van Kickstarter waar backers jarenlang zaten te wachten op hun spullen.

The Bad

Een AI product in een chique hardware doosje dat ook nog feilloos werkt voor een competatieve prijs. Wie wil dat nou niet? Nou dat is ook niet wat de Rabbit r1 is. Het design is prachtig, maar het scrollwiel voelt clunky. Daarbij kun je de r1 een vraag stellen, maar doet ie er vervolgens tergend lang over om een antwoord te vinden. Vraag m hoe hoog de Eifeltoren is en hij doet er gerust 30 seconde over om dit uit te zoeken.

De camera functie is behoorlijk vreemd: je kunt wel een foto maken maar deze gaat naar de r1 cloud en je hebt geen handige methodiek om deze op het device zelf terug te zien.

Er komen nog mogelijkheden om bijvoorbeeld je Spotify account te koppelen maar deze lijken allemaal nog niet af. Over ‘niet-af’ gesproken: dat is een beetje het algemene beeld bij dit apparaat.

The Ugly

Nadat Marquez Brownlee al vrij snel een vrij stevige review had geplaatst over de r1 bleek dat het bedrijf er achter ook niet perse een crisp verleden had: in het kort waren ze ooit betrokken bij een crypto/metaverse achtig platform waar niet zoveel van terecht was gekomen.

Onder de motorkap van de r1 zit gewoon een simpel Android operating systeem wat ook de suggestie werkt dat deze hardware niet bepaald specifiek is gemaakt om in een embedded systeem te zitten. Dit zou ook de traagheid voor een klein deel verklaren.

Conclusie

Ik ben enthousiast over het idee om een gepersonaliseerd device te hebben dat op basis van je persoonlijke context je kan ondersteunen met dingen. Aan de andere kant: hebben we niet allang zo’n device bij ons, in de vorm van je mobiele telefoon?

Zo’n apparaat zou ook sterk moeten leunen op persoonlijke informatie: je contacten, je kalender, je locatie etc. dus zoiets moet uiteindelijk ook gebouwd worden door partijen die een beter verleden hebben dan Crypto-scams.

De Rabbit r1 is in ieder geval een device dat ik vrij snel na de ingebruikname ook weer weg heb gelegd, het ding moet ook iedere 4 uur aan de lader. Ik vermoed dat ie een leven in de rommelbak, tussen de HDMI kabels tegemoet gaat.

Jammer.

/

Lees meer

Starten met een tuinkas (schema)

Voor het verbouwen van groente in een kas in Groningen gedurende de komende 8 maanden kunnen we een plan opstellen dat rekening houdt met het klimaat daar. Groningen kent een gematigd zeeklimaat, wat betekent dat de winters mild en de zomers relatief koel zijn. Een kas biedt het voordeel dat je het groeiseizoen kunt verlengen en zelfs in de koudere maanden kunt door telen.

Maart – April

Start binnenshuis: Begin met het zaaien van warmteminnende planten zoals tomaten, paprika’s, en aubergines binnenshuis in potten om ze een voorsprong te geven. Deze kunnen later naar de kas verplaatst worden.

In de kas: Je kunt nu al spinazie, radijs, en sla in de kas planten, omdat deze groenten bestand zijn tegen koele nachten.

Mei

Verplaats naar de kas: Zodra de kans op vorst voorbij is, kun je de binnenshuis gestarte plantjes naar de kas verplaatsen. Zorg ervoor dat je ze geleidelijk laat wennen aan de buitenomstandigheden (afharden) voordat je ze permanent naar de kas verhuist.-

Direct zaaien in de kas: Nu kun je ook direct in de kas bonen en courgettes zaaien.

Juni – Juli

Onderhoud: Focus op het onderhouden van de planten door regelmatig water te geven, te wieden, en te controleren op ongedierte.-

Extra zaaien: Je kunt nu direct in de kas extra rijen sla en radijs zaaien voor een doorlopende oogst.

Augustus – September

Oogsten: Dit is de tijd om te genieten van de vruchten van je arbeid. Tomaten, paprika’s, bonen, courgettes, en aubergines zouden nu rijp moeten zijn om te oogsten.

Voorbereiden voor de herfst: Je kunt nu beginnen met het zaaien van winterharde groenten zoals boerenkool en winterpostelein voor de herfst- en wintermaanden.

Oktober – November

Laatste oogsten: Oogst de laatste groenten zoals tomaten en paprika’s voordat het te koud wordt.

Wintergroenten: Zorg ervoor dat je winterharde groenten hebt geplant die goed zullen groeien tijdens de koudere maanden.

December – Februari

Winteronderhoud: Hoewel de groei vertraagt, kun je nog steeds genieten van de winterharde groenten die je hebt geplant. Zorg ervoor dat je de kas sneeuwvrij houdt en controleer op schade na stormen.-

Planning en voorbereiding: Gebruik deze tijd om je kas schoon te maken, te onderhouden en voor te bereiden op het volgende seizoen. Dit is ook een goed moment om nieuwe zaden te bestellen en je plan voor het komende jaar te maken.Dit plan houdt rekening met het klimaat in Groningen en de voordelen van een kas. Pas het schema aan op basis van de specifieke omstandigheden in je kas en de weersvoorspellingen. Veel succes met je tuinproject!

11 voornemens

1. Documentaire maken over hoe ik een jaar lang fulltime probeer topdarter te worden. Als een 16-jarige kebab etende gast het kan, dan kan ik het ook. Het lichaam heb je er al voor, zei m’n vriendin treffend.

2. Van Werkspot de meest belachelijk onderbetaalde klussen aan te nemen en dan proberen niet door de mand te vallen met prutswerk. Hier een documantaire van maken.

3. Undercover bij een journalistieke redactie gaan die mensen undercover als post- flits of thuisbezorger laat werken om hier juicy artikelen over te schrijven.

4. Met behulp van ChatGPT een digitale Yvonne Coldeweijer nabouwen die wat random dingen roept die plausibel klinken maar – net als de echte? – vaak gewoon onzin zijn.

6. Starten met roken, om direct weer te stoppen en voor altijd te kunnen claimen dat t doodeenvoudig was.

7. In dienst gaan bij een overheidsinstantie en kijken hoe lang het duurt voordat ik ontslagen word wanneer je alleen het noodzakelijke doet, zoals op tijd komen en in vergaderingen zit. Hier een documentaire van maken (inderdaad, nummer 3).

8. Een heel leger subsidieadviseurs inhuren om overal subsidies vandaan te halen voor een product dat verder niet bestaat en er ook niet kan komen. Bekijken hoeveel geld je los kunt weken zonder enige tegenprestatie. Daarna natuurlijk netjes teruggeven.

9. Ik zag ergens dat Jordan Peterson alleen rood vlees at. Nou dat dus. Ik kan me oprecht niet voorstellen dat ik dat langer dan 2 weken vol zou kunnen houden.

10. Undercover gaan werken in een fabriek waar foto’s op canvas wordt gedrukt en te kijken wat voor bizarre dingen mensen uitprinten. Geen documantaire maken.

11. Proberen om zoveel mogelijk op TV te komen door me in te schrijven voor iedere spelshow of talkshow die er is en dan mee te doen, of in het publiek te zitten

Waarschijnlijk lukt geen van deze voornemens. Sterker nog: waarschijnlijk start ik er niet eens mee.