22 – Onderhandelingen

Ooit moest er in België een kabinetsformatie plaatsvinden die van te voren al als hoogst ingewikkeld werd gezien. En als iets in België ingewikkeld is, dan is het dat ook écht. Dat hele land staat- bij de gratie van ingewikkeld. 541 dagen duurde het. In normale mensentaal is dat bijna 1,5 jaar. Een triest record dat geloof ik zelfs nog het Guiness Book of Records haalde.

Op 15 maart hadden we de unieke situatie dat bijna iedereen tevreden was met de uitslag. Ok, de PVV hadden zetels gewonnen, en het was zielig voor de PvdA dat ze nog maar zo klein waren, maar verder was er een hoop winst. Het CDA won, Jesse Klaver won, D66 won. En zelfs de VVD won, want zij bleven de grootste partij.

Nu moeten al deze ‘winnaars’ een kabinet zien te formeren. Dat kunnen nog wel eens ingewikkelde gesprekken worden, want de verkiezingsuitslag toonde ook feilloos wat er gebeurt als je idealen opgeeft om ‘regeringsverantwoordelijkheid’ te nemen. Vooral de PvdA zal daar nog jarenlang de gevolgen van blijven merken.

De eenvoudigste manier voor Rutte kan zijn: verdeel en heers. Geef Jesse & GL een milieuportefeuille om eindelijk eens wat tijd in te gaan halen op de klimaatdoelstellingen. Geef Pechtold inspraak en ministers op onderwijs en innovatie. Met het CDA is Rutte het toch al grotendeels eens, dus dat hoeft verder niet zo problematisch te zijn. Zo kan dealmaker Rutte straks weer lachend op het bordes verschijnen: iedereen blij, en hij zijn derde termijn als minister president.

21 – Spotify

Op 11 juni 2010 ging ik voor het eerst betalen voor online muziek. Ik nam voor €4,95 per maand een abonnement op een Zweedse dienst: Spotify.

Nu, bijna zeven jaar verder is de dienst enorm veranderd. Niet alleen betaal ik twee keer zoveel voor het premium abonnement, ook zijn er geweldige applicaties voor desktop en mobiel, en is het zoeken én vinden van nieuwe muziek eenvoudiger dan ooit.

Dat laatste is wel een interessante. Spotify lanceerde een aantal maanden terug de ‘discovery weekly’ playlist, die op basis van je voorkeuren iedere week wordt voorzien van nieuwe muziek. Ook zijn er meedere ‘Daily mixes’ beschikbaar die worden samengesteld op basis van je luistergedrag.

Hiermee haalt Spotify een belangrijk probleem aan waar iedereen wel eens last van heeft: ‘wat moet ik luisteren’. De daily mixes werken perfect in de auto, of op de fiets: nooit meer nadenken, en nooit op een negatieve manier worden verrast met muziek waar je toch niet zo’n zin in hebt.

Voor de business van Spotify is het waarschijnlijk ook interessant, want Spotify kan hiermee nauwkeurig leren wat je voorkeuren zijn, en je ook nieuwe artiesten laten luisteren, zodat deze uiteindelijk ook geld beginnen te verdienen aan Spotify. Een veelgehoorde klacht in de muziekbranche was altijd dat de grote namen al het geld verdienden, maar dit lijkt Spotify nu met een hele gebruiksvriendelijke truc op te lossen.

In die zeven jaar heb ik er nog nooit ook maar één seconde bij stilgestaan om m’n abonnement op te zeggen, en dat vind ik een prestatie van formaat, zeker gedurende zo’n lange tijd.

 

20 – de blamage in Bulgarije

Vooraf zeiden NOS analisten optimistisch dat dit Oranje toch zeker met 2 a 3 -0 moest kunnen winnen van Bulgarije. Pierre van Hooijdonk keek er bij alsof de spelers van Bulgarije allemaal parttime postbodes waren. Dat leek me in theorie ook wel te kloppen, maar dit oranje is kwetsbaar voor iedere tegenstander.

Dat bleek: a na een minuut kwam Bulgarije gevaarlijk voor de dag, en 4 minuten later lag ie er ook in. De Ligt (17) maakte een domme fout, waarschijnlijk op trillende benen. Zoveel vertrouwen krijgt geen enkele 17-jarige, zelfs niet na 14 (!) succesvolle wedstrijden in de A-selectie van Ajax.

Het zelfreinigende vermogen van de KNVB moet nu z’n werk doen. De mensen die Blind in de eerste plaats hebben aangesteld moeten in de spiegel kijken. En de bazen van de mensen die Blind hebben aangesteld ook. Het probleem van dit Oranje ligt (sic) niet zuiver op het veld: het is een aaneenschakeling van problemen die al ruim ná het WK is begonnen. Sterker nog: na het miraculeuze tournooi in 2014 hadden er in Zeist mensen moeten gaan nadenken. Het was het laatste grote tournooi van een heel aantal dragende spelers en er was nog niet geheel duidelijk welke spelers het stokje over zouden nemen. Guus Hiddink werd aangesteld om die puzzel te leggen: bouw een vast elftal op, dat in de spaarzame hoeveelheid trainingstijd aan elkaar kan wennen en een hecht collectief kan worden waarbij individuele kwaliteiten van Robben, Sneijder of – incidenteel – van Persie niet meer perse nodig zijn. Dat lukte eigenlijk niet, en na het missen van het EK werd Blind op de post gezet. Niet met al te veel gejuich want Blind was niet bepaald een trainer met internationale ervaring en mist toch uitstraling en charisma die je toch een beetje hoopt te zien in een bondscoach.

Zijn basisopstelling van een 17-jarige De Ligt was een regelrechte blunder waarvoor iedere coach normaliter z’n contract in zou leveren. Het traumatiseren van een veelbelovende voetballer die over een paar jaar wellicht een vaste waarde is in het Nederlands elftal, maar niet nu. Iedereen met een beetje verstand van voetbal kon dat toch op z’n vingers natellen?

Tot slot: het missen van het WK is dramatisch voor een elftal dat daar op basis van kwaliteit prima had tussen gepast. Verliezen van een team dat nauwelijks hoger staat dan Togo is een regelrechte schande en dit is niet alleen de schuld van Blind. Er lopen spelers op het veld die best willen, maar mentaal toch niet in staat lijken om er echt alles aan te doen om gewoon weer tot de top 20 van Nederland te horen.

We zijn nu in het rechterrijtje beland en we zitten in de degradatiezone. Het is nu vijf voor 12 in Zeist, en ze moeten op zoek naar iemand die zo verstandig is om een basis-elf te formeren, en de tijd gunnen om weer uit te huilen en op te bouwen. Dat we daarbij het WK missen lijkt nu een vaststaand gegeven te worden. Dat zal de baan bij de KNVB toch iets minder populair maken. Usual suspects zoals Frank de Boer hebben al aangegeven dat ze er geen zin in hebben. Niet zo gek: met een nieuwe bondscoach verhelp je één van de problemen, maar niet de structurele problemen die in Zeist zijn ontstaan.

 

19 – de blockchain

Ieder jaar publiceert onderzoeksbureau Gartner een grafiek met daarin alle nieuwe opkomende technologie, en in welke ‘levensfase’ deze zich bevinden.

Blockchain staat al eeuwen op deze lijst, samen met VR, AR en een heleboel andere technologie waar ik je niet verder mee zal vermoeien.

Het grote vervelende aan blockchain is dat je niemand op een verjaardag in twee zinnen kunt uitleggen wat blockchain is. Ik kan hier video’s plaatsen die dat proberen uit te leggen in een paar minuten, maar zelfs dan loop je de kans dat je met nog meer vragen achterblijft.

Wat wel iets begrijpelijker is is Bitcoin. Bitcoin is een munt die gebouwd is op de technologie achter blockchain. De digitale munt is de afgelopen jaren enigzins onder de aandacht gekomen door de heftige koerswisselingen, de munt steeg in korte tijd tot meer dan €1000,- en dook daarna even hard weer terug. Een moderne digitale tulpenbol-handel was geboren. Nog steeds vertoont de munt heftige koerswijzigingen, maar op dit moment staat deze rond de €900,-. in waarde. Het is overigens ook perfect mogelijk om een halve bitcoin, of zelfs 0,01 Bitcoin in je bezit te hebben.

Met de rente die verder richting de 0 zakt, en het blijvende gevoel dat banken uiteindelijk toch niet te vertrouwen zijn was het mooi geweest als er een symphatiek ogende technologie beschikbaar was die het mogelijk maakte om bijvoorbeeld – ik noem maar iets – instant-overboekingen te doen, iets dat bitcoins dus kunnen. Nu moet je nog regelmatig dagen wachten voordat twee verschillende banken de gratie hebben gevonden om overboekingen te doen. Dat is toch niet meer van deze tijd?

Blockchain heeft nog steeds een enigzins obscuur imago. De link met Bitcoin, geld en investerings-gekte maakt het allemaal niet zoveel beter. Wat blockchain nodig heeft is een symphatiek initiatief waardoor iedereen in één klap de waarde ziet. Een beetje zoals het kartonnen cardboard VR brilletje van Google, waarover later meer.

18 – De afloop van de verkiezingen

De doelstelling om dit jaar 100 blogs te schrijven loopt achter. Ik had gehoopt dat ik er wat meer tijd voor had gemaakt, want er was – zeker in aanloop tot de verkiezing – echt wel iets te schrijven.

Dan maar even over de afloop.

Het was woensdagavond een avond met bijna alleen maar winnaars, en een enkele verliezer. De VVD won de verkiezing, ondanks flink zetelverlies. Groen Links werd véél groter dan het ooit was geweest dankzij het Jesse-effect. DENK ging van de status zetelrovers naar legitieme partij en tot slot was Thierry Baudet de verrassing van de avond. Zijn Forum voor Democratie kreeg uit het niets twee zetels. Zonder al te veel grote media-aandacht 186.290 stemmen krijgen vind ik een prestatie van formaat.

Dan de verliezers, dat waren er eigenlijk maar een paar.

PvdA

De PvdA werd keihard afgestraft voor beleid, maar deed het eigenlijk de hele verkiezing al slecht. De oude PvdA is eigenlijk dood: de boodschap die in de jaren ’90 nog relevant en actueel was is nu ouderwets en krampachtig. Het zou goed zijn als het partijbestuur opstapt, en jonge- frisse mensen gaan nadenken over de relevantie van deze partij.

De rest

Artikel 1, VNL, Piratenpartij en Geenpeil bleven allemaal (ver) verwijderd van de kiesdeler en dus zetel. Al deze partijen bleven met relatief weinig media-aandacht over, maar Baudet laat zien dat dat geen belemmering hoeft te zijn.

Geenpeil was een interessant experiment, maar haalde iets meer dan 5.000 stemmen. Het effect van het niet-hebben van een programma doet ze de das om.

De NOS

Om half 9 stonden Rob Trip en Dionne Stax klaar in een decor vol redacteuren die de uitslag gingen verslaan, maar bij de exitpolls ging het al ernstig mis. De animatie werkte niet, Dionne had geen idee wat ze vertelde en dus bleven we minimaal 5 minuten in volstrekste verwarring hoe de verkiezingen nu ge-eindigd waren. Slordig, rommelig en chaotisch. Daarbij bleek Ipsos echt goed voorspeld te hebben: de peilingen bleven de rest van de avond grotendeels in stand.

Het gaat de komende maanden nog lastig worden om een progressief-liberale partij te vormen. Dealmaker Rutte zal terzake willen (en moeten) komen met veel partijen, te beginnen bij Groen Links. Hopelijk levert dat weer stof op om blogs te schrijven, en anders gaat de ontknoping van de eredivisie dat wel doen, of nog eens een schandaal rondom Trump. Zo komen we er vanzelf.

 

17 – Uber

Vroeger, toen ik nog vaker in de randstad was maakte ik gebruik van Uber, als alternatief voor de vaak-afwezige OV fiets. Dat klinkt nogal vreemd: fiets vs taxi, maar was wel de denkrichting.

Bij allebei kom je precies op de plek van bestemming aan, in tegenstelling tot OV. Beide vervoersmiddelen hoef je niet te delen, en er zijn minder wachttijden dan het OV.

Toch was ook Uber lang niet altijd perfect: lang wachten op ritjes, asociale chauffeurs of chauffeurs die de route niet weten, uiteindelijk bleek het ook allemaal zeker niet perfect. De eerste keer zie je dat als ongemakjes, maar na verloop van tijd wordt de inconsistente dienstverlening toch wat ongemakkelijk, zeker voor de prijs.

En ook achter de schermen rommelt het. De CEO van Uber is na een video waarop hij een chauffeur bekritiseerd in opspraak, evenals een aantal vrouwelijke ex-werknemers die Uber beschuldigen van sexisme.

Het bedrijf heeft jarenlang – ook in Nederland – in de clinch gelegen met overheden vanwege de vermeende illegaliteit van de dienst, en lijkt nu van binnenuit te imploderen. Ook misleide Uber overheidsfunctionarissen die de app installeerden om controles uit te voeren door deze mensen te flaggen: ze werden automatisch op een lijst gezet met mensen die alleen bepaalde diensten konden bestellen. Ooit was Uber een zogenaamde unicorn: een van de bedrijven die het vanuit Silicon Valley had gemaakt. Grote investeerders, en een enorme expansiedrift zorgen er nu voor dat er met argusogen wordt gekeken naar het bedrijf achter Uber, en de werknemers. Dan is technologie misschien niet meer leidend, maar zijn menselijke mores belangrijker.

16 – Carrédebat

Ik schrijf dit stukje vlak voordat het carredebat gaat beginnen. De campagne is volgens Ron Vrezer van de NOS nog een beetje saai. En ik voorspel dat er ook na het debat geen vuurwerk is.

Het is wat dat betreft precies wat er mis is: de mannen in pakken die we al zo vaak hebben gezien en gehoord hebben het over onderwerpen die we al zo vaak hebben langs zien komen. En er is zelfs eensgezindheid: de ouderenzorg moet goed zijn, net als het onderwijs. Problemen met files moeten worden aangepakt. Onderwijs moet kwalitatief goed zijn, én betaalbaar.

Het is steeds lastiger om je met een inhoudelijk sterk programma te onderscheiden, dus zal het toch om de poppetjes gaan. Doet Klaver het leuk? Komt Buma over als betrouwbaar alternatief? Komt Roemer wat beter uit de verf van de vorige keer? En Rutte, hoe verdedigd hij de afgelopen vier jaar?

Partijen die zich nadrukkelijk wel onderscheiden met een programma zijn Geenpeil, die nadrukkelijk geen programma hebben maar op de kiezers varen. Dan hebben we nog VNL van Jan Roos, een soort convervatief-rechts clubje mensen die het bijvoorbeeld onterecht vinden dat Rutte het Oekraïne referendum heeft genegeerd. Toevallig was Roos daar ook de grootste aanjager van. Ik kan me overigens nauwelijks voorstellen dat hier echt veel kiezers wakker van liggen.

Of de piratenpartij, die vinden dat de huidige kennis van digitale privacy & systemen zwaar tekort schiet. Zij willen dat de overheid werk gaat maken van het beschermen van (digitale) persoonsgegevens en privacy. Dat vind ik een nobel streven, maar de partij is voorlopig nog veel te niche, net als de andere twee.

2017 wordt een jaar dat we kiezen voor mensen, en dan heeft Jesse Klaver ineens best een goeie hand. Een jonge jongen zonder al te veel historie, met frisse ideeën en een soort ontwapenende eerlijkheid. Groen Links is niet echt een partij om intens te haten, daar zijn ze eigenlijk nergens echt te controversieel voor, en dat kan stemmers uit SP, PvdA en D66 kamp lokken.

 

15 – Doellijntechnologie

Vooropgesteld: ik vind Bas Nijhuis een goeie kop hebben. Zeker voor een scheidsrechter. Het is zo’n man die rechtstreeks uit een Asterix strip lijkt opgedoken met een natuurlijk autoritaire manier van doen op het veld.Afgelopen weekend mocht ie de topper Feyenoord – PSV fluiten en dat deed ie goed. Na afloop had iedereen het over één moment, en dat was het moment dat er op zijn smartwatch een animatie stond: ‘goal’. De bal had de doellijn gepasseerd. Al dan niet door toedoen van Zoet.

Het is fijn dat technologie nu echt definitief doorbreekt in het traditionele voetbal, anders was Feyenoord bestolen van twee kostbare punten. Nijhuis had een goede middag: hij had zelf niets gezien, maar kon op z’n smartwatch zien dat het een goal was. Ook z’n vierde official (die langs de kant stond) had die informatie. Demonstratief wees Nijhuis op zijn horloge, die hij gek genoeg om zijn rechterpols draagt.

Mijn vermoeden is dat we dit soort technologie nog wel vaker gaan terugzien, ook met behulp van video-scheidsrechters die beelden kunnen terugkijken. Andere sporten, zoals hockey, volleybal en tennis zijn hier al een stuk verder mee.

Ik weet niet of het jammer is dat wedstrijden niet meer door scheidsrechters worden beslist. Er zijn talloze domme beslissingen van scheidsrechters gegraveerd in het collectieve geheugen, met als misschien wel bekendste de ‘hand van god’, Maradonna die een pure hands-goal maakt. Of Italië tijdens een WK dat niet van het Zuid Korea van Hiddink wist te winnen door de scheidsrechter permanent tegen zich te hebben. Of die loepzuivere goal van Frank Lampart tegen Duitsland tijdens het EK van 2010 die doodleuk werd geannuleerd bij een 2-2 stand. Die bal was niet een beetje over die lijn, die was er ruim een meter achter.

Dit soort momenten raken door technologie waarschijnlijk verloren. In de toekomst zien we Bas Nijhuis vaker op een horloge kijken om te zien of een goal goedgekeurd is, of niet. Dat haalt misschien toch ook een beetje de oneerlijke charme weg.

14 – Russel Crowe

Ruim 17 jaar geleden melde ik me met wat vrienden bij de lokale bioscoop in Apeldoorn. We wilden naar een film die uitverkocht was, en belandden zo enigzins improviserend in een grote zaal waar een film startte met een hand die door een korenveld ging. De rest laat zich misschien raden: na ruim 2 uur verlieten we de zaal met grote ogen: wat was Gladiator een absolute prachtfilm. Van de eerste scene op het slagveld tot (spoiler alert!) het moment dat ie doodgaat nadat ie Commodus heeft verslagen. Het is dan een bioscoopstoel er niet voor leent op het puntje te zitten, maar anders hadden we dat zeker gedaan.

Jaren later is Gladiator met een plek op plek 46 in de IMDB top 250 een meer dan respectabele film. Maar wat is er daarna eigenlijk gekomen van Russell Crowe, de hoofdrolspeler?

In 2003 kwam Master & Commander far side of the world uit, wat ik overigens ook een topfilm vind.

Daarna liep het qua kwaliteit allemaal een beetje terug. In A good year speelt Crowe een verwende bankier die een wijngoed erft, en in The Water Diviner een man die op een slagveld ergens in Turkije op zoek gaat naar z’n overleden zonen.

Dat toont ergens toch wel het eendimensionale karakter van deze acteur: best een jolige kerel, maar nooit echt overtuigend als acteur. Je ziet toch vooral Russell Crowe die iemand spéélt. En als ie dan toch emoties moet tonen dan gaat dat allemaal heel moeizaam. Toch jammer, van een acteur die zulke mooie dingen heeft weten te maken.

13 – 4mijl

Ik heb pas twee keer meegedaan aan de 4 mijl, het grootste hardloopevent in Noord Nederland.

De eerste keer omdat het me leuk leek om vlak voor de geboorte van Ties nog eens iets sportiefs op te pakken, en de tweede keer omdat ik baalde van de tijd van de eerste keer lopen.

Vooropgesteld: ik vind de 4mijl een prachtig evenement: duizenden lopers die vanuit Haren naar hartje centrum lopen, met onderweg écht écht heel veel publiek. Door je geprinte voornaam op je loopnummer krijg je ook veel persoonlijke aanmoedigingen van mensen die je helemaal niet kent.

De 6,45 kilometer liggen me alleen voor geen meter. En ik weet niet zo goed hoe dat komt. Ik heb in m’n leven best wat grotere rondjes gelopen, zoals de 8 van Apeldoorn of de Singelrun in Utrecht maar op de één of andere manier had ik het de afgelopen twee keer zwaar (tweede keer) tot ontzettend zwaar (eerste keer) tijdens het lopen.

Nu moet ik er bij bekennen dat ik de tweede keer ongeveer een uur van te voren bedacht dat ik m alsnog ging lopen, dus dat was niet de ideale voorbereiding. Maar de eerste keer was een hel waarin ik onderweg minstens 1.000 keer dood ben gegaan en zelfs halverwege dacht aan opgeven. Dat had ik toch niet van mezelf verwacht op zo’n kort afstandje. Het was zelfs niet zo dat ik niet getraind had: tijdens trainingsrondjes had ik de afstand ruim en eenvoudig uitgelopen.

Dit jaar wil ik het mysterie van de 4 mijl voor eens en voor altijd ontrafelen, en dat deed ik gisteravond met een klein trainingsrondje. Nog tijd genoeg voordat het oktober is.

En dan eindelijk eens een fijn stukje hardlopen, liefst met een fatsoenlijke tijd.